400 serie

De Volvo 400 serie werd in 1988 geïntroduceerd als opvolger van de vooral in Nederland, Engeland en Frankrijk populaire 300 serie. De techniek van de nieuwe 400 serie werd al eerder getoond in het sportieve neefje van de familie, de bijzondere Volvo 480 (introductie 1985). Al deze modellen werden gebouwd in het Limburgse Born.

volvo440early
Het eerste model van de 440

In tegenstelling tot de 300 serie, die oorspronkelijk door DAF ontwikkeld was, is de 400 serie ontwikkeld met dwarsliggende motor en voorwielaandrijving. Met de opkomst van het lease-rijden sloeg de 440 aan bij een brede doelgroep en werd voor velen de eerste Volvo. De 400 serie bestaat uit de modellen 440, 460 en de eerder genoemde 480. Die nummering slaat niet op de motorisering, maar op de carrosserievariant, waarbij de 440 een 5 deurs hatchback is en de 460 (geïntroduceerd in 1989) een vierdeurs sedan.

volvo460
Model 460 met de kenmerkende dikke kont

De 460 werd geïntroduceerd met een iets ander front dan de 440. De grille was uitgevoerd in verchroomd kunststof in tegenstelling tot het zwarte geblokte kunststof van de 440. Er is nooit een officiële estate-uitvoering van de 440 verschenen. Wel is door Toncar een speciale achterklep op de markt gebracht, waardoor de auto toch een estate-uiterlijk kon krijgen. Deze ontwikkeling werd door Volvo actief bestreden.

volvo440estate1
Door middel van een speciale achterklep kon van een hatchback een estate worden gemaakt

Bij de introductie van de 480 (modeljaar 1986) verscheen de B18E, een nieuw ontwikkeld injectie-motorblok met een cylinderinhoud van 1721cc. Aan de motorselectie werden toegevoegd voor de 440 en 460 een carburateurversie (B18K), een Turboversie (B18FT) (gebaseerd op de multipoint-injectiemotor B18F) en een singlepoint-injectiemotor (B18U, introductie 1991). De motorblokken waren afkomstig van Renault. Verscheidene blokken waren al bekend van de Volvo 340 1.7. Ook verschenen later een 2.0 liter blok (B20U/F) en een 1.6 (B16F). Vanaf medio 1993 (modeljaar 1994) werd hier tot slot een 1.9 turbo-dieselmotor (D19T) aan toegevoegd, ook afkomstig van Renault. Op de 400-serie was in eerste instantie een 3-traps automaat (ZF4HP14Q) leverbaar. Met de introductie van de B18U in 1991 kwam daar een CVT (doorontwikkeling van de Variomatic) bij. Deze "High-Tech Automaat" werd enkel geleverd voor dit motortype, voor alle overige motorvarianten bleef de ZF-automaat.

Met ingang van modeljaar 1994 (leverbaar vanaf medio 1993) volgde een facelift (phase II) waarbij de voornaamste wijzigingen waren:

  • de grill was geen los element meer tussen bumper en motorkap maar werd geïntegreerd in de nieuwe neus van de motorkap zelf (gebaseerd op de neus van de inmiddels verschenen Volvo 850)
  • de hoek van de koplampen en hun hoekpunten werden wat afgerond om deze nieuwe neus mogelijk te maken
  • de beide bumpers werden gewijzigd, meest opvallend is de stootstrip van de achterbumper en haar aansluiting bij de achterwielen plus dat deze nu standaard werd meegespoten
  • de reflectoren van de achterlichten werden gewijzigd (m.i.v. 1995 werd ook de achterste richtingaanwijzer wit)
  • verbeterde zijdelingse bescherming bij ongevallen (SIPS)
  • standaard stuurbekrachtiging
  • de bekleding van de stoelen werd gewijzigd
  • de deurpanelen werden gewijzigd, deze werden ook dikker omdat de bediening van de elektrische ramen werd verplaatst van de tunnelconsole naar de portieren
  • de kachelbediening werd gewijzigd in draaiknoppen
  • verder nog kleine wijzigingen in bijv. de klep van het dashboardkastje en de positie van het Volvo-logo op het stuur.

volvo.440.later
Het latere type 440 heeft al veel kenmerken van de opvolger, de S40

In 1995 werd de S4 geïïntroduceerd (later gewijzigd in S40), waarmee het einde kwam voor de 400-serie. De laatste 400's zijn geleverd in 1997.

 

Volvo 480

Volvo_480es_88

 

Volvo 480 ES 1988

Aan het eind van de jaren zeventig van de twintigste eeuw wilde Volvo van z'n wat bezadigde imago af, en begon met het ontwikkelen van een kleinere en zuinige Volvo, vooral gericht op de Amerikaanse markt. Onder de projectnaam G13 (later veranderd in Galaxy) ontwikkelde Volvo de 480 ES.

De 480 ES zag er sportief uit met zijn aerodynamische neus met inklapbare koplampen en een lange daklijn, maar was geen pure sportwagen; het was eerder een sportieve coupé. De ontwerpers hadden voorbeelden zoals de legendarische Volvo P1800 en de futuristische Reliant Scimitar. Het moest de voortrekker worden voor een nieuwe serie kleinere Volvo gezinswagens. De 480 ES was de eerste voorwielaangedreven Volvo.

De Volvo 480 is onder leiding van Rob Koch ontworpen op de stylingafdeling van Volvo Car (later NedCar) in Helmond (Nederland) en werd gebouwd door de fabriek van dit bedrijf in Born (Nederlands-Limburg). Het was het eerste model van de 400-serie, die later werd aangevuld met de 440 en 460. Alle 400-modellen zijn gebouwd op een en het zelfde onderstel.

Voor het model van de 480 zijn door verschillende ontwerpstudio's meerdere ontwerpen gemaakt. De uiteindelijke versie is getekend door de Nederlander John de Vries onder leiding van Rob Koch. Dit ontwerp werd verkozen boven de andere ontwerpen van Bertone, Coggiola en Volvo-Zweden.

De 480 was een vooruitstrevend model. Zo had hij als een van de eerste personenauto's een digitaal informatiecentrum waarop allerlei gegevens waren af te lezen, zoals temperaturen van olie, water en buitenlucht, actieradius en de hoeveelheid benzine in de tank, en het benzineverbruik. Een ander nieuw concept was de motorkap van fiberglas, die uiteindelijk zwaarder bleek dan een metalen motorkap. In maart 1986 werd de auto aan het publiek gepresenteerd op de autotentoonstelling in Gen Normal 0 21 ève. De 480 was voor Volvo de eerste van een succesvolle reeks voorwielaangedreven modellen. In de pers werden vooral de goede rijeigenschappen geroemd.

De productie liep van 1985 tot en met 1995. In totaal werden 80.463 exemplaren geproduceerd. De Volvo 480 is verkrijgbaar geweest met een 1,7 l injectiemotor, een 2,0 l injectiemotor en een 1,7 l turbomotor, goed voor topsnelheden van 190 tot 205 km/u. De auto is in Nederland verkrijgbaar geweest in de uitvoeringen ES, S, turbo, two tone, GT en GT-turbo.

Een cabriolet versie van de 480 heeft het productiestadium nooit gehaald.

De 480 was oorspronkelijk bedoeld voor de Amerikaanse markt, maar door een ongunstige wisselkoers is hij daar uiteindelijk nooit door Volvo op de markt gebracht. Er rijden heden ten dage nog zo'n 2.000 480's rond in Nederland. Rijders hebben zich verenigd in het Nederlandse "Volvo 480-Register" en de internationale "Volvo 480 Club Europe".